Het hart van Ouden Doel | Katrien & Benjamin

Geplaatst op 27 oktober 2021

Het landschap langs de lange rechte weg die me naar Ouden Doel brengt verandert halverwege van akkerbouw in nieuwe natuur. Een blik naar rechts onthult onmiddellijk de contouren van de haven. Links turen vogelaars door hun kijkers naar het zonovergoten landschap, op zoek naar die ene spot die hun zondag goed zal maken. Veel letterlijker dan hier kun je Grenspark Groot Saeftinghe niet binnenrijden. Aan het eind van de Oostlangeweg ontvangt Katrien Droggen me in de lommerte aan de rand van haar boerenerf. Kinderen lopen af en aan, Katrien is op haar hoede, de jongste kan elk moment ontwaken uit zijn middagdutje.

Zij en haar man Benjamin wonen met hun vijf kinderen in het hart van het buurtschap. Op een steenworp afstand van Doel en Prosperdorp, maar ook van de Hertogin Hedwigepolder, waar schoonvader Karel jarenlang beheerder was van de opstallen van eigenaar Géry De Cloedt. Als stadsmeisje, Katrien is afkomstig van Linkeroever, Sint-Anneke voor de ingewijden, is ze altijd al buiten in de natuur te vinden. De rust, de ruimte en het groen waar ze via haar schoonfamilie in terecht komt, voelen vanaf het eerste moment als een veilige haven. Hoe kan zij ook weten welke strijd er gestreden zal worden over de landerijen die haar nieuwe thuis hebben gevormd.

Katrien Doggen met gezin

Voor altijd verknocht aan de regio betrekt het stel hun eigen stekje in Ouden Doel. De nieuwe bewoners van de Reynaerthoeve maken al snel deel uit van de ‘overlevers’ die het gehucht op de kaart proberen te houden. De ontwikkeldrift van de planologen moet een halt toegeroepen worden. De waarde van Ouden Doel als buurtschap en veilige thuis met hand en tand verdedigd. Met succes, Ouden Doel overleeft temidden van de vergaande veranderingen die de directe omgeving te wachten staat. Katrien en haar jonge gezin halen opgelucht adem.

PolderMAS

Samen met partner Benjamin tovert ze het leeggekomen Café ’t Schuurken aan de overkant van de kruising om in wat we misschien nog het beste een alternatieve oudheidkundige ontmoetingsplaats kunnen noemen, het PolderMAS. Met een flinke knipoog naar het Poldermuseum in Lillo en Het Museum Aan de Stroom, het MAS in Antwerpen, is het rariteitenkabinet in de voormalige gelagkamer van Irma vooral het project van Benjamin, archeoloog van beroep en bezeten van geschiedenis in al haar facetten.

Al snel groeit het PolderMAS uit tot een pleisterplaats voor toevallige passanten en stamgasten die elkaar vinden in gedeelde verhalen over het heden en verleden van de polder. De boeiende verzameling groeit zo langzaam uit tot een stuk levend erfgoed.

PolderMAS

Schoonheid van de natuur

‘Zelf ben ik niet zo’n prater’, vertelt Katrien haast beschroomd in de schaduw van de oude bomen die het erf van de Reynaerthoeve omzomen, ‘maar met mensen op pad in de natuur komen de verhalen vanzelf.’
De schoonheid van de natuur, de indrukken en oerkrachten die er in verscholen gaan, geven altijd meer dan voldoende gespreksstof. Over de wonderen der natuur raak je nooit uitgepraat.

Het is een hele omslag geweest binnen een familie waar het verdwijnen van de polder zoveel impact heeft gehad, maar inmiddels is ook Katrien overtuigd van het nut van de compensaties. Ze is halsoverkop verliefd geworden op het oerlandschap dat ten grondslag heeft gelegen aan de hele regio. Voor haar staat Het Verdronken Land van Saeftinghe gelijk aan een oase temidden van de voortrazende wereld. Ze verdiepte zich in de wereld van schorren en slikken, liet zich onderdompelen in de modderige wereld van de buitendijkse natuur. De voortdurende ontwikkeling, de constante dynamiek en natuurlijk het wel en wee van de meer en minder bedreigde vogel- en diersoorten, het intrigeert Katrien elke dag opnieuw. Zonder aflaten, zonder ooit te vervelen.
‘Als gids voor Natuurpunt VZW en Gastheer van Grenspark Groot Saeftinghe ben ik uitgegroeid tot de ‘natuurfactor’ van het PolderMAS. Het liefst neem ik de mensen gewoon mee naar buiten. De oneindige schoonheid van de natuur doet de rest.’

Rust en ruimte

Ik vertel haar over de vogelspotters die ik op weg naar hier ben tegengekomen. Hoe ik als voorbijganger als vanzelf, uit een soort van ontzag voor het respect dat er aan de dag gelegd wordt om de natuur niet te verstoren, mijn snelheid nog verder minderde. Een lauwe glimlach siert de mond van mijn gesprekspartner.
‘Er wordt hier vaak veel te hard gereden.’
Motorrijders, maar ook autoclubs, verkiezen de afwisseling tussen lange rechte wegen en uitdagend slingerende dijken om hun machines uit te testen. Verschillende interpretaties van rust en ruimte gaan niet altijd naadloos samen, dat is duidelijk. Waar de een onzichtbaar probeert op te gaan in de omgeving, ziet de ander ruimte om het gat op te vullen. Dat is ook waar de uitdaging van het grenspark in te vinden is. In het inrichten van een concept waarin verschillende manieren van recreatie naast elkaar kunnen bestaan. Zonder elkaar te beconcurreren of te verstoren. De verbinding die Grenspark Groot Saeftinghe brengt tussen gebruikers, bewoners en bezoekers van de regio is daarin de grote kracht.
‘Dat het grenspark ook echt werkt merk je aan de oorspronkelijke aarzeling die gaandeweg is overgegaan in enthousiasme.’

Terwijl Katrien vertelt over de zeldzame Grijze Wouw die ze vanochtend voor het eerst gezien heeft, ontwaakt haar jongste zoon uit zijn middagslaapje. Wat een fantastische plek om op te groeien.

(Tekst: Marc GF Zaan)

Deel dit via:

Andere Blog berichten